Neem gerust contact met ons op om thuis
met u de mogelijkheden door te nemen.

Nachtelijke onrust

nachtelijke onrust 's nachts

Nachtelijke onrust bij dementie 

Wanneer een ouder of partner aan dementie lijdt is onrustig gedrag in de nacht een van de eerste redenen waarom hulp wordt gezocht. Onrustig gedrag in de nacht komt veel voor bij mensen met dementie.

Waardoor wordt dit onrustig gedrag nu veroorzaakt en wat is er aan te doen?

De verschillende vormen van dementie kunnen een ander effect hebben op de nachtrust. De ziekte van Alzheimer verstoort het normale en gezonde slaappatroon terwijl Lewy Body dementie slaperigheid overdag en een verstoorde REM-slaap veroorzaakt. Naarmate de dementie vordert, verandert bij alle vormen van dementie het slaapritme van oudere en naaste. Je herkent haar verstoord dag – nacht ritme aan:
 

  • Eerder of later naar bed dan normaal;
  • Lang wakker liggen voor hij of zij inslaapt;
  • Rusteloos slapen en intensief dromen;
  • Vaak wakker worden en dan moeilijk weer inslapen;
  • Dwalen in de nacht;
  • Midden in de nacht opstaan;
  • Het huis niet meer herkennen in de nacht.


Voor een, vaak ook oudere, partner is het niet vol te houden om naast de zorg voor de demente partner ook nog ’s nachts op te zijn om zich te bekommeren om de naaste.

Een slaapdienst van een particulier verpleegkundige kan dan een uitkomst zijn waardoor de partner weer de nacht door kan slapen.

Hoe het slaapgedrag van de naaste ook verandert, het belangrijkste is dát ze slaapt. Probeer te ontdekken wat de reden van de slapeloosheid is. Als je naaste depressief is, pijn heeft, andere medicijnen heeft gekregen of eenvoudigweg niet moe is; probeer deze oorzaken dan op te lossen. Vaak kan de dementerende partner zelf niet meer aangeven wat er is. Probeer dus alert te zijn op signalen die de partner of oudere afgeeft. Wees voorzichtig met het geven van slaapmiddelen, want daar kan de oudere nog verwarder van worden of instabiel, waardoor valgevaar toeneemt. Overleg het gebruik van slaapmedicatie altijd met een arts.

De slaapproblemen / nachtelijke onrust kunnen een lichamelijke oorzaak hebben, bijvoorbeeld de aandrang om te plassen, een reactie op cafeïne of bijwerkingen van medicijngebruik. Daarnaast kan een blaasontsteking ook zorgen voor nachtelijke onrust. Deze wordt vaak niet opgemerkt omdat de dementerende partner de pijn in de blaas niet aangeeft. Blaasontsteking kan eenvoudig gecontroleerd worden door urine op te vangen en naar de huisarts te brengen. Zorg daarnaast dat de partner of oudere ’s nachts gemakkelijk de weg naar het toilet kan vinden. Laat hem of haar ’s avonds geen cafeïne meer drinken, ook al was dit altijd de gewoonte.  Daarnaast kan slapeloosheid ook een van de bijwerkingen zijn van medicijnen, neem dan contact op met de huisarts.

Voldoende slaap is echt een voorwaarde voor jou als mantelzorger om de zorg vol te kunnen houden. Er zijn meerdere mogelijkheden tot ontlasten van de mantelzorger door de inzet van particuliere zorg op maat aan huis.

 

8 Tips om de naaste te helpen met slapen / Nachtelijke onrust bij dementie

 

  1. Begin niet over de agenda voor de volgende dag.
    Dit kan zorgen voor onrust omdat de partner de grip kwijt is op het leven en er erg onrustig door kan worden.  Dit soort onderwerpen kun je beter vermijden vlak voor het slapen gaan.
     
  2. Even voorlezen en een rustig muziekje luisteren zijn rustgevender voor het slapengaan dan een druk en lawaaiig tv-programma. Kijk vooral géén tv in bed.
     
  3. Te veel suiker, cafeïne en alcohol houden je naaste wakker. Warme melk is ’s avonds beter. Geef hem of haar eventueel iets lichts te eten zodat hij / zij geen honger heeft en zorg dat hij of zij naar het toilet is geweest.
     
  4. Maak de slaapkamer donker, zeker in de zomertijd kunnen verduisterende gordijnen helpen.
     
  5. Veel slapen is over het algemeen geen probleem, maar zorg ervoor dat hij of zij niet teveel slaapt overdag, dat kan het dag / nacht ritme ernstig verstoren.
     
  6. Zorg dat je naaste overdag genoeg beweging krijgt. Van bewegen wordt hij / zij lichamelijk moe en zal beter slapen.
     
  7. Als je naaste ’s nachts bang wordt van het donker, kun je een paar (led)lichtjes laten branden. Op die manier kan je naaste ook makkelijker de weg naar het toilet vinden als hij / zij ’s nachts naar het toilet moet.
     
  8. Help je naaste bij het bepalen van het dag-nachtritme. Zorg overdag voor voldoende licht, desnoods met daglichtlampen, en demp het licht ’s avonds.